outhands

Keeperspost door Henk Postma

 Deze keepers post gaat over het bijgeloof van keepers en deze keer gaan we op bezoek bij ARJAN VAN HEUSDEN oud keeper bij Rijnsburgese boys en huidige keeper bij FC. Lisse. Ik heb Arjan mee gemaakt in de periode dat ik de selectie keepers trainde, dat was in de periode dat Arjan terug kwam van een blessure en zijn plaatst kwijt was geraakt aan Tim, die de kans met twee handen had gepakt. Het respect wat ik had voor beide heren en in het bijzonder voor Arjan had was dat hij Tim voor meer dan 100 % steunde en hielp om nog beter te worden terwijl hij zelf ook graag de eerste keeper wilde zijn.
Klasse!!

Eerst even wat over bijgeloof in het algemeen, daarna gaan we aan Arjan vragen wat hij allemaal aan bijgeloof doet en wat hij heeft meegemaakt tijdens zijn Engelse tour.

Wat is bijgeloof?
Bijgeloof is iets heel anders dan je ware geloof. Het is een geloof dat naast je ware geloof staat. Bijgeloof is al heel erg oud. Denk maar aan het klinken van glazen, wat we allemaal wel eens doen. Men dacht vroeger, dat als je maar hard genoeg met de bekers tegen elkaar sloeg de kwade geesten uit de beker vlogen en dat je dan geen hoofdpijn kreeg. Niet onder een ladder lopen, vrijdag de dertiende, de zwarte kat, het voorjaar inluiden met een groot vuur, het vuurwerk met oudejaarsavond. Allemaal bijgeloof om de geesten weg te jagen of goed te stemmen.
Veel mensen beseffen niet dat ze een bijgeloof hebben. Sommige mensen weten niet eens waarom ze dat ene wel of dat andere niet doen. Bijvoorbeeld als iemand niest zeg je automatisch “gezondheid” of “proost” of als je niet proost op de gezondheid van een ander………dat is allemaal bijgeloof. Niet veel mensen hebben een bijgeloof die ze zelf hebben verzonnen. Vaak gaat het vanzelf.

Bijgeloof in de sport wereld
Bijgeloof in de sportwereld wordt vaak onderschat. Uit wetenschappelijk onderzoek is namelijk gebleken dat ruim 90 procent van alle sporters in meer of mindere mate bijgelovig zijn. Meestal merken wij daar niets van, over het algemeen is het een vorm van het missen van zelfvertrouwen. Soms kun je dat bijgeloof ook als een ‘tic’ zien.
Bijvoorbeeld;
voetballers die om de 5 meter hun kousen optrekken of tafeltennissers die ieder ogenblik dat ze kunnen, blazen in hun handen. Het maakt eigenlijk niet uit hoe we het noemen. Als de sporter denkt dat hij of zij ermee geholpen is, én de reglementen worden niet overtreeden, dan mag alles, hoe extreem het ook is.

40% van alle bijgelovigheden vindt plaats in de kleedkamer, vlak voor de wedstrijd. Veel gelukshandelingen worden op weg naar het veld uitgevoerd. De rituelen lopen uiteen, van gelukssnor tot speelgoedkonijn. Een Londens elftal had eens veel nederlagen te verduren. De spelers dachten dat er een kwade geest in hun midden was. Overal waar ze als elftal logeerden, was altijd dezelfde journalist. Hij was altijd vriendelijk, maar toch dachten de spelers dat hij de oorzaak was van hun tegenslagen! Hij mocht zich dan niet meer laten zien in de hotels. De vrouw van een speler moet thuis de ramen wassen tijdens de wedstrijd. Waarom? Omdat ze dat ook deed toen haar man een grote overwinning boekte. Zelfs iets doodnormaals zoals een lunch krijgt een bijgelovige lading bij voetbal. De volgorde waarin ze gaan zitten is voor sommige spelers erg belangrijk. Ook de manier waarop het voedsel wordt gegeten verloopt soms volgens bijgelovige voorschriften. De spelersbus moet dezelfde route naar het veld nemen als de vorige keer dat het team op dat veld won. Spelers zitten op een vaste plaatst in de bus.
Veel spelers moeten op een bepaalde manier de kleedkamer binnenkomen; altijd als eerste of als laatste bijvoorbeeld. Een ander moet er altijd precies 40 minuten over doen om zich te verkleden. Weer een ander drukt altijd al zijn ploeggenoten de hand voor hij de kleedkamer verlaat.  Aankleden is voor sommige spelers een bijzondere aangelegenheid. De ene speler doet zijn voetbalbroekje aan voordat hij zijn jasje uittrekt. De ander trekt zijn voetbaltenue aan, dan weer uit, en dan weer aan. Weer een ander moet zijn schoenveters drie keer losmaken en weer in de schoenen rijgen.
geluksveters
geluksschoenen
de neuzen van de voetbalschoenen nat maken met whisky of water
het gras aanraken
een kruis slaan tussen de duimen
schoenen uit- en weer aantrekken
doelpalen kussen
altijd dezelfde kledinghaak in de kleedkamer gebruiken
in de tunnel altijd de bal drie keer tegen de muur stuiten
zo vaak mogelijk de neus snuiten

Hoe raar al deze bijgelovige handelingen ook lijken, ze helpen wel. Ze brengen geen geluk, maar ze geven de speler wel zelfvertrouwen. Als de speler zelf gelooft dat hij door een bepaald gewoonte ritueel beter gaat spelen, gebeurt dat vaak ook. Alleen daarom zal bijgeloof altijd blijven bestaan in de sport.

Nu gaan we terug naar Arjan:

 Arjan, hoe gaat het met jou en je gezin, en is Jake je zoon ook zo fanatiek als zijn vader?
Het gaat goed met mij ben erg druk met van alles en nog wat, met Jake gaat het goed hij is gek op voetballen, voetbalt in de F3 en gaat vaak naar zijn vader kijken met opa.

Gaat hij dan ook mee de kleedkamer in of is dat niet toegestaan?
Soms mag hij mee de kleedkamer in, vind hij geweldig.

Hoe gaat het bij de politie?
Gaat erg goed. Het eerste jaar was erg wennen vooral het ritme was anders dan ik gewend was in Engeland, daar was het alleen maar voetbal, nu is het voetbal, leren en mijn werk doen.
Arjan gaat zijn derde jaar in en loopt nu in Amsterdam. Doet veel straatdiensten en na een moeilijke start heeft hij het goed naar zijn zin bij de politie.

Wie wordt er dit jaar kampioen?
Dit is moeilijk te zeggen. Er staan zes ploegen dicht bij elkaar, Lisse heeft een goede ploeg, Doto, Katwijk, Ouick Boys en natuurlijk Rijnsburg, de verschillen zijn klein en het is niet te voorspellen wie er kampion word.

Oké genoeg gepraat nu het echte werk.

Hoe kijk jij tegen bijgeloof aan?
Volgens Arjan hebben alle mensen wel een of ander bijgeloof en als het help moet je het gewoon houden.

Ben jij bijgelovig, of mogen wij het niet weten? Ben je dan bang dat het tegen je gebruikt wordt en dat RBB kampioen wordt?
Nee, ik ben niet echt bijgelovig, maar ik heb wel vaste gewoontes zoals de warming-up en de manier waarop ik mijn tas inpakt dat doe ik en niemand mag zich daar mee bemoeien,
De muziek die ik draai in de auto als ik naar het veld rijdt, de keepers handschoenen die ik draag, maar eigenlijk niets bijzonders. Ik doe niets speciaals.

 En waaruit bestaat jou bijgeloof?
Ik heb niet echt een bijgeloof, wel vaste gewoontes.
Ik laat niet het puntje van mijn tong zien, ik ga uit van mijn kwaliteiten, daar geloof ik in.
Als het goed gaat en vooral als ik een mindere wedstrijd speel of een fout maakt moet je overtuigt zijn van je kwaliteiten en vooral niet stil staan bij je fout, maar geloof houden in jezelf en daarmee door gaan.

Kan je ons leuke anekdotes vertellen uit je Engelse periode? En vooral, heb je wel eens wat meegemaakt waar je echt je hoofd van moest schudden, van dat slaat nergens op?
Een ding wat erg speelt in Engeland, er is veel meer beleving.
Als je elke wedstrijd hard werkt ben je al gauw een publiek lieveling en ja sommige spelers hadden een of ander bijgeloof.
Er waren spelers die absoluut niet het veld op gingen voor de warming-up dat deden ze dan in de kleedkamer,
of sommige gingen voor de wedstrijd in bad zitten, sommige spelers droegen een bepaalde onderbroek of deze van hun vrouw of moeder was weet ik niet meer.

Een leuke anekdote wilde Arjan nog wel vertellen.
In Engeland is het de gewoonte dat de jongelingen de schoenen poetsten en de kleding verzorgde van een oudere speler.
Tegen kerst moesten ze dan in de kleedkamer een toneelstukje opvoeren, was het goed dan kregen ze applaus, maar de spelers hielden hun voetbalschoenen achter hun rug, vonden ze dat het een slecht toneel stukje was dan werden deze naar de jongelingen gegooid, en dat ging niet zachtjes.
 
Vind je het belangrijk dat sporters bijgelovig zijn?
Alle mensen hebben het ene of andere bijgeloof. Als spelers denken dat het werkt moeten ze het volhouden, maar spelers maken het vaak erger dan het is.
Arjan vindt dat elke speler altijd ups en downs meemaakt en dus moet een speler zo sterk overtuigt van zijn kwaliteiten dat je er vanzelf overheen komt.  

Arjan bedankt voor dit interview, ik hoop dat je nog heel veel goede wedstrijden mag keepen, maar dat wij aan het eind van het seizoen kampioen zijn.

Arjan wilde nog wel even kwijt dat hij nog steeds graag bij Rijnsburgse Boys komt en het nog steeds leuk vind om met de trainer de spelers en de supporters te praten.
Ondanks dat hij maar een jaar bij ons heeft gevoetbald, heeft hij een erg leuke tijd gehad.

Volgende KeepersPost gaat over de één tegen één situatie.