outhands

Interview met voorzitter Cees Driebergen

Sinds kort is er van de hand van een bestuurslid van Rijnsburgse Boys een bestuurscolumn op deze website te lezen. Daarmee levert het bestuur een bijdrage op de website over de ontwikkelingen binnen de geelzwarte vereniging. En nieuwe ontwikkelingen lijken er toch wel aan te komen. Er staan in voetballand spannende tijden te wachten. De toekomst van het Nederlandse voetbal gaat een beslissende fase in. Op 17 maart 2008 moet het Bestuur Amateurvoetbal een beslissing nemen en in de Algemene Vergadering Amateurvoetbal op 31 mei 2008 wordt duidelijk of de veel besproken Topklasse groen licht krijgt.

Wat is nou eigenlijk het standpunt van Rijnsburgse Boys inzake de Topklasse? Op woensdag 20 februari had het webteam een interview met voorzitter Cees Driebergen. Maar het standpunt van Rijnsburgse Boys inzake de Topklasse hebben we nog niet weten te ontrafelen bij de 46-jarige voorzitter. Dit en meer zaken over Rijnsburgse Boys komen in dit interview ter sprake.

 Cees, Rijnsburgse Boys-trainer Ted Verdonkschot laat in zijn column op www.voetbalopzaterdag.com doorschemeren dat hij persoonlijk een voorstander is van invoering van de Topklasse. Wat is nu eigenlijk de visie van Rijnsburgse Boys over de Topklasse?
‘Als bestuur wachten we eerst het complete voorstel van de KNVB in maart 2008 af. Daarna gaan we een informatieavond organiseren voor de leden en de sponsors om de consequenties te bespreken.
De mening van Ted Verdonkschot vind ik wel begrijpelijk. Voetbaltechnisch en sportief gezien is de Topklasse een uitdaging en een verbetering. Het is de verantwoordelijkheid van het bestuur om te onderzoeken of de randvoorwaarden van de Topklasse passen binnen onze vereniging.’

 Mocht de invoering van de Topklasse in het seizoen 2009-2010 doorgaan en Rijnsburgse Boys wil hierin een rol spelen dan wordt volgend seizoen (2008-2009) een belangrijk seizoen. De club zal dan waarschijnlijk bij de eerste vijf moeten eindigen om te promoveren naar de Topklasse. Betekent dat dat het eerste elftal volgend jaar extra versterkt wordt?
‘Qua sportbeleving doen we niet anders dan anders. Rijnsburgse Boys is een ambitieuze voetbalvereniging en wil ieder seizoen met de bovenste plaatsen mee strijden. Dat is volgend seizoen niet anders. We zullen daarvoor niets extra’s en dus niets financieel onverantwoord doen’.

Je bent tevens voorzitter van het Centraal Orgaan Hoofdklassen (COH). Dit orgaan is belangenbehartiger van de hoofdklassers in het zaterdag- en zondagamateurvoetbal. Hoe staat het COH tegenover de Topklasse?
‘Binnen het COH zijn er voor- en tegenstanders voor de invoering van de Topklasse. Waarschijnlijk komt het COH wel met een standpunt naar buiten, maar ik verwacht geen stemadvies.’

Is Rijnsburgse Boys organisatorisch klaar voor de eventuele invoering van de Topklasse?
‘Onze visie is dat Rijnsburgse Boys een toonaangevende amateurvoetbalvereniging in Nederland moet blijven. Dat  staat los van het feit of de Topklasse er nu wel of niet komt. Als toonaangevende amateurvoetbalvereniging is een goede organisatie van belang. En daar zitten binnen onze vereniging nog knelpunten. Organisatorisch gezien komen in de huidige situatie teveel taken op dezelfde schouders te liggen. Als bestuur willen we meer vrijwilligers voor de uit te voeren taken. We willen gaan werken met deeltaken en daar moeten vrijwilligers voor gevonden worden. Om zo’n grote en ambitieuze vereniging goed te laten functioneren moeten de leden niet hun verantwoordelijkheid ontlopen. Dat is de uitdaging die voor ons ligt.’

 Wat vind je van de strenge aanpak van de KNVB omtrent alcohol, vuurwerk, vechtpartijen op het veld, het uitdelen van boetes en zelfs puntenaftrek?
‘Het is het gevolg van het feit dat de clubs in het verleden hebben ingestemd met de orde- en tuchtmaatregelen van de KNVB. Dat heeft heel lang op een laag pitje gestaan, maar de KNVB zit er nu bovenop. Als clubbestuurder juich ik het beleid toe, maar ik vind het zeer onterecht dat het betaalde voetbal buiten schot blijft. Dat komt de acceptatie van de genomen maatregelen niet ten goede.

Vorig jaar is bij ons de A2 door de KNVB uit de competitie genomen. Heel vervelend voor die jongens, maar als de boel ontspoort moeten er maatregelen genomen worden. Dat vind ik een goede zaak, maar het moet wel consequent worden doorgevoerd. We hebben de spelers van het eerste elftal op hun verantwoordelijkheden gewezen en gelukkig zijn we tot heden gevrijwaard van vervelende maatregelen. Zowel binnen als buiten het veld zijn we hier alert op.’

Wat vind je van het tv-spotje waarin ouders hun kinderen gek schreeuwen. Ik kreeg te horen dat dit spotje zo bij Rijnsburgse Boys opgenomen had kunnen worden. Reacties van bezorgde ouders zouden door het bestuur niet serieus worden genomen. Dat schijnt zelfs de reden te zijn geweest dat een lid naar voetbalvereniging Oegstgeest is vertrokken?
‘Dat kan ik me niet voorstellen. We kunnen als bestuur natuurlijk niet iedere wedstrijd van een Rijnsburgse Boys-team bekijken. Volwassen mensen, die notabene ouders zijn,  hebben natuurlijk hun eigen verantwoordelijkheid en dit moet niet afgeschoven worden op bestuursleden. Toevallig was ik afgelopen zaterdag bij een wedstrijd van een F-team die tegen Oegstgeest speelde. Ik hoorde daar een aantal ouders van Oegstgeest bepaalde dingen roepen en ik maakte nog de opmerking ‘geef de kinderen hun spel terug’. We ondersteunen de actie van harte  en indien het nodig is zal ik daar iemand persoonlijk op aanspreken.’

Het bestuur zou te terughoudend zijn met sfeeracties voor supporters. Wat vind jij daarvan?
‘In Rijnsburg heeft men de neiging om veel te roepen zonder zelf de handen uit de mouwen uit te steken. Ik ben een voorstander als mensen met initiatieven komen. Als het goede ideeën zijn zal het bestuur daar zeker achter staan.’

Je bent nu 8 jaar voorzitter van Rijnsburgse Boys. Hoe bevalt het in deze functie?
‘In principe bevalt me de functie goed want anders hou je het niet zo lang vol. Je bent toch gauw 20 tot 30 uur per week met de vereniging bezig. De ene keer is het leuker dan de andere keer. De laatste twee seizoenen zijn we beloond voor ons rustig opgebouwde en gedegen beleid. Het vlaggenschip van de vereniging is de afgelopen twee seizoenen kampioen geworden op het hoogste amateurniveau. Om  kampioen te worden heb je soms ook wat geluk nodig. Dat hadden we in 2005 in Lisse door in blessuretijd een verdiende titel te pakken en vorig jaar is die lijn zeer knap doorgetrokken. Ook de sportieve prestaties van Rijnsburgse Boys 2 en Rijnsburgse Boys A1 is iets om trots op te zijn. Een absoluut hoogtepunt vind ik de realisatie van de hernieuwde accommodatie en het groots gevierde 75-jarig jubileum.

Naast het feit dat we in de toekomst een toonaangevende amateurclub willen blijven en op hoog niveau willen spelen met de selectie-elftallen is het belangrijk om in de breedte een echte vereniging te blijven. Voor de recreatieve elftallen betekent dat een stuk gezellig- en verbondenheid en uitstekende faciliteiten, zoals goede velden en goede kleedkamers.’