Dinsdag 30 augustus 2005 is een prachtige en zonnige dag. Rijnsburgse Boys-trainer Ted Verdonkschot komt net aangelopen, gekleed in sportieve outfit. De plaats van handeling voor het interview is de prachtige trainerskamer, op de nog mooiere accommodatie van de Rijnsburgse voetbalvereniging. Ook de 41-jarige oefenmeester is trots op ‘zijn’ kamer: “Waar tref je zo’n kamer in het amateurvoetbal?”
De sympathieke Haarlemmer voetbalde zelf onder meer bij EDO, Aalsmeer en Noordwijk en trainde HFC Haarlem en EDO. De hypotheekadviseur van beroep is begonnen aan zijn derde seizoen bij de geelzwarten. Na een vierde plaats in het seizoen 2003-2004 werd vorig seizoen opnieuw de vierde plaats veroverd. Het vormt het begin van het interview.
Ted, hoe kijk je terug op het voorgaande seizoen 2004-2005?
‘Ik kijk met gemengde gevoelens terug op het vorige seizoen. We hadden een groep die voor het kampioenschap kon gaan. Helaas ben ik na negen wedstrijden belangrijke spelers, als Robbert van Wijk en Bartjan Onderwaater, uit de as van het elftal kwijtgeraakt. Nieuweling Mark Stuut is helemaal niet aan spelen toegekomen en daarnaast was Nick Schnater door privé-omstandigheden ook een tijdje uit de roulatie. Uiteindelijk was ik met de vierde plaats en een periodetitel nog wel tevreden, maar het was niet meer dan een troostprijs.’
En daarnaast waren er in de winterstop nog de perikelen rond je eigen persoon.
‘Dat heeft wel aan me geknaagd. De club wilde in eerste instantie niet met me verder, maar tot mijn verrassing is dat enkele weken later teruggedraaid. Dat gebeurt eigenlijk nooit en het is denk ik een unieke actie in de voetballerij. Het bestuur, en met name ook de spelersgroep, heeft het vertrouwen in mij uitgesproken en dat is voor mij een reden geweest om door te gaan bij Rijnsburgse Boys. Ik voel dat dat vertrouwen er nog steeds is.’
Je had ook een aantal eisen gesteld over de professionalisering binnen de club.
‘Ik vond dat een aantal zaken binnen de club verbeterd moesten worden. De vereniging moet een structurele basis leggen om zich in de top van de hoofdklasse te handhaven. Ik ben van mening dat een Huizen-effect voorkomen moet worden (Huizen werd in 2001-2002 en 2002-2003 kampioen, maar door het vertrek van veel bepalende spelers degradeerde de ploeg vorig seizoen, red.).
Zo trainde we vorig jaar met een A-selectie van 40 spelers en dat vond ik een te grote groep. We werken nu apart met een groep van 23 en een groep van 17 spelers. Daarnaast vond ik een groep van 23 spelers nog te groot om alleen te trainen. Op dinsdag heb ik hulp van assistent-trainer Arie de Haan.
Arie analyseert ook altijd de komende tegenstander en ik kan zijn steun goed gebruiken. We trainen drie keer in de week en op donderdag heb ik het hele trainingsveld tot mijn beschikking. De ene groep traint dan eerder dan de andere. Ik ben tevreden met de verbeteringen.’
Hoe is de voorbereiding op het nieuwe seizoen verlopen?
‘Ik ben niet tevreden over de voorbereiding. Een aantal nieuwe spelers moet zich nog inpassen.
De klik is er nog niet! Daarmee bedoel ik dat de spelers nog aan elkaar moeten wennen en nog niet ingespeeld zijn op elkaar. Dat heeft tijd nodig. Na de jubileumwedstrijd tegen Ajax hebben we een week rust genomen en daarna stond de bekerwedstrijd tegen FC Turkiyemspor op het programma.
We wonnen, maar ik hield er wel een paar geblesseerde spelers aan over. Daarna is de voorbereiding stroef verlopen. Tegen zwakkere tegenstanders wonnen we, tegen gelijkwaardige tegenstanders verloren we. Daar ben ik niet tevreden over’.
Wat zijn je verwachtingen voor het seizoen 2005-2006?
‘We hebben een ploeg die kan meedoen om het kampioenschap. Maar dat geldt ook voor FC Lisse, Capelle, Ter Leede, Quick Boys, Hoek en Excelsior Maassluis. Ook ARC en Katwijk zijn flink versterkt en vergeet ook outsider DOTO niet. Helaas is bij ons Nick Schnater vertrokken. Voor zijn positie is niet specifiek een nieuwe speler gekomen. Zijn rol moet worden overgenomen door Peter Freke, Danny van der Vijver of nieuweling Djuric Ascension. Met Joost Kuhlmann en de nieuw gekomen Martijn Gootjes beschik ik over twee goede spitsen. Ze zijn elkaars concurrent, maar ik kan Kuhlmann ook voor de vleugels gebruiken en Gootjes kan ook achter de spitsen uit de voeten.’
Hoe staat het met de defensie?
‘De laatste seizoenen krijgen we teveel doelpunten tegen. Met Tim Orloswki en Arjan van Heusden beschik ik over twee nieuwe en goede keepers. Ook Erwin van der Lugt en Joes Blakborn zijn in de verdediging versterkingen. Het wordt misschien minder spectaculair dan vorig jaar, met minder doelpunten voor. Daar tegenover verwacht ik een meer degelijke ploeg, die minder tegentreffers incasseert (vorig jaar scoorde Rijnsburgse Boys 54 doelpunten en kreeg de ploeg 36 doelpunten tegen, red.). Het 4-3-3-systeem blijft gehandhaafd, waarbij we uitgaan van onze eigen kracht. Wanneer het noodzakelijk is zal de ploeg zich wat aanpassen aan de tegenstander.’
Een laatste vraag Ted. Op 21 september speelt Rijnsburg om de nationale beker in Kerkrade tegen Roda JC. Ben je een beetje op de hoogte van de geschiedenis van Rijnsburgse Boys?
‘Zeker. Tweeëntwintig jaar geleden speelde Rijnsburg al eens bij Roda JC en leed toen een nipte nederlaag. Helaas spelen we nu weer niet thuis, maar we zullen gaan genieten van deze dag.’
Ted, namens het webteam wensen we je een succesvol seizoen toe!
