outhands

Column Willem Zwaan

 Denken en doen
Afgelopen zondagavond weer eens voor de buis en kijkend naar de sport- en actualiteitenprogramma’s voor de rest is er toch niets te zien (behalve Gooische vrouwen), en hierbij viel mij op dat de meeste geïnterviewde personen op de buis al jaren geen eigen mening hebben wanneer om wordt gevraagd, is het niet bij een ramp, misdrijf of een voetbalwedstrijd.
Als je er op gaat letten, wanneer ze om een mening worden gevraagd, roepen ze allemaal “ik denk” dus vroeg ik me af waar dit op slaat en wat je er mee opschiet en hoe dit te vertalen naar de wereld van het voetbal..
De letterlijke vertaling is “de intellectuele vermogens gebruiken, nadenken van mening zijn” nu werd mij een hoop duidelijk, daar schort het bij een aantal mensen om dit vermogen  te gebruiken aan daarom roepen ze maar wat. Heb je het over “denksport” dan praat je over sport, spel waarbij de krachtmeting voornamelijk op geestelijk niveau plaatsvindt bijv. schaken, dammen.

Dus kwam bij mij de vraag op moet je denken of beter nog, nadenken (goed doordenken) en je intellectuele vermogens gebruiken als speler bij een wedstrijd voetbal, of gewoon je verstand op nul en knallen maar.
Dat laatste zie je maar al te veel in het veld, volgens mij zijn een aantal spelers naar Rasti Rostelli geweest en onder hypnose geraakt en hebben te horen gekregen dat als je op een groen vlak komt binnen 4 lijnen en ik fluit kom je in beweging en ga je achter een rond wit voorwerp (bal) aan en als ik weer fluit ben je normaal en dan weet je niets meer te herinneren en sta je schaapachtig te kijken als je een overtreding hebt begaan en geeft dan de scheidsrechter de schuld dat hij je uit de droomwereld wegrukt. Zoals ik pas in het AD heb gelezen gaan topvoetballers naar de fysio en de haptonoom voor dat belangrijke wedstrijden plaatsvinden en komen zo in een extase waarbij het denkvermogen op de tweede plaats komt en het onderbewustzijn de overhand neemt, na veel dezelfde oefeningen en repeteren gaan dingen vanzelf en gaat over in routine, dan lijkt het of iemand heel goed is. Want als je eerst moet denken als dat witte ronde ding komt, o ja dat is de bal en welk been  en waar moet die heen, is de actie alweer voorbij.

Dus “vind ik” dat ik als leider van een veteranenelftal het voorrecht heb een eftal met veel denkers te hebben, een uitzondering daar gelaten (Nico). Ik merkte dit op bij onze nieuwe speler Wim Driebergen, (van 1980 tot 1990 speler van Rijnsburgse Boys 1) hij was in gesprek met Wim Kuivenhoven, en zei: ik moest denken waar moet de bal naar toe en verspeelde hierdoor de bal dus zie je dat op oudere leeftijd het denken een grote rol gaat spelen en voetbal ook nog leuk kan zijn, en ons tempo daarom minder hoog ligt en verdienen alle spelers in dit elftal een veer in de kont, beter nog een hele kip.