outhands

Column Hans Schot

Rijnsburg is echt niet gewoon

 Rijnsburg is een bijzondere omgeving om in te vertoeven en dat mag ik al een aantal jaren doen. Met veel plezier kan ik u zeggen anders zat ik er niet meer.

In Rijnsburg bij toeval gekomen in 1992 als “buitenlander”  zoals vaker in t leven gebeurd maar een wijsneus heeft ooit gezegd dat toeval niet bestaat, ik denk dat ie gelijk heeft. Eerst nog 2 jaar gekeept in de herfst van mn keeperscarrière, daarna met 3 jaar onderbreking als keeperstrainer actief. Ik woon in Zoetermeer en dat ziet er ff wat anders uit dan het bollendorp. Ik voel me echter op beide locaties senang.
Waar komt dat door? Een fijn huis en gezin waar ik trots op ben en datzelfde geldt voor Rijnsburgse Boys. Er is nogal wat bereikt namelijk en dat is niet vanzelf gegaan.

In Rijnsburg is het prima om te werken: doe je best, wees je zelf maar leef je in en pas je aan dan moet t wel heel raar gaan om niet te slagen. Elke keer weer met keepers aan de slag.
Natuurlijk heb je als keeperstrainer met individuele aanpak directer invloed op prestaties maar het is vooral mooi om te zien hoe Max, Mitchel, Ronald en Richard zich hierdoor ontwikkelen. Ze moeten passen in de kwaliteitseisen maar vooral ook bij de club, respect en leren van elkaar. Het zijn ambitieuze mannen met eigen opvattingen maar ook met oog voor hun omgeving. Voor hen is dat inmiddels een gewone zaak maar elders in keepersland is dat het zeker niet.

Ik word regelmatig gevraagd hoe het nou zo komt in Rijnsburg dat we al die jaren bovenin meedoen. Het antwoord is divers maar toch simpel:
samenwerking voorop en deskundigheid troef
respecteren van verantwoordelijkheden/meningen en luisteren naar elkaar
zorgen voor een consistent geheel: het moet bij de club passen en andersom. Geen korte termijn maar verder kijken en daaraan vasthouden.
In feite niet anders dan thuis of waar je werkt. En werken doet t omdat er ook al jaren geen sprake is van een duiventil, wie gekomen is vliegt hier maar zelden na een jaar al weer weg.
Dat is de basis van succes voor langere jaren en voor RB gewoon.

Onvoorstelbaar voor een nieuweling dat in deze Bollenstreek de verschillen zo groot zijn, je gaat nog steeds als Rijnsburger niet zo maar ff in Katwijk voetballen en andersom ook niet. Ik heb dat onlangs weer aan een collega uit Alkmaar uitgelegd en die snapte het eerst niet. Je haalt ook niet zomaar een speler weg bij de concurrentie in deze streek en zo ja dan in overleg, voor een buitenstaander is dat ongewoon. We hebben een aantrekkingskracht in Rijnsburg maar ook ver daarbuiten. We zijn veel ongewoner dan we denken te zijn maar we doen gewoon met passie waar we goed in zijn. Kijken wat we binnen hebben en daarin verbeteringen zoeken, het lijkt zo gewoon maar is het niet. 

Zoek in de feestweek het kampioensplein op en je begrijpt waar die ongewone sfeer in Rijnsburg vandaan komt. Met z’n allen doe je gek en hoppa gewoon de volgende dag weer verder, niet zeuren maar verder. Dat gebeurt ook binnen onze club, ik kijk trots naar al die mensen die bezig zijn voor de club. Zo gewoon is dat niet want het is een passie voor de club geworden. Met regelmaat zie ik tegenstanders onze tribune filmen want zo gewoon is ie niet, hij staat er prachtig bij. Dat stralen we uit en beseffen we niet altijd want wij vinden het inmiddels gewoon. Ik kijk er nog naar als een buitenstaander en geniet ongewoon.

Niets gaat vanzelf, wij doen er in de begeleiding veel voor om vast te houden en te verbeteren waardoor we goed kunnen presteren. Gewoon door aan te spreken, te klankborden met elkaar waardoor we keuzes kunnen maken. Normaalste zaak van de wereld hoor ik u zeggen.
Maar wij passen dat consistent toe en dat is in deze turbulente tijden wel ongewoon.

Hans Schot