In de VI stond afgelopen week een uitgebreid artikel over Peter Freke. We kregen toestemming om deze op onze website te publiceren.
Peter Freke speelt met Rijnsburgse Boys alleen voor de titel
Rijnsburgse Boys won afgelopen zaterdag met 2-1 de derby van Katwijk. De Uien presenteren zich dit seizoen nadrukkelijk als titelkandidaat en volgens Peter Freke (29) hebben zij ook de beste ploeg in de Zaterdagtopklasse. De middenvelder speelt al tien jaar in het eerste elftal van Rijnsburgse Boys, waarmee hij stiekem hoopt nog eens de stap naar de Jupiler League te maken.
Tekst: Marco Timmer
Peter Freke is een man van weinig frustraties. De goedlachse Rijnsburger heeft het al jaren goed naar zijn zin op de bloemenveiling en met Rijnsburgse Boys reeg hij de afgelopen jaren de prijzen aaneen. Onder succestrainer Ted Verdonkschot – hij tekende afgelopen week bij HHC Hardenberg voor één seizoen bij – werden De Uien in vier jaar drie keer kampioen. In 2006 pakte Rijnsburgse Boys de dubbel en in de finale van de districtsbeker die de geel-zwarten met 4-2 van DOTO wonnen, maakte Freke alle doelpunten. De landelijke beker was in 2008 een prooi en in 2009 pakte de club dan ook nog het Zaterdagkampioenschap. Een erelijst om u tegen te zeggen, maar begin tegen Freke niet over strijd om de algehele amateurtitel tegen WKE in juni van hetzelfde jaar.‘
Zo’n wedstrijd wordt nooit meer gespeeld’, zegt Freke. ‘En als voetballer krijg je niet vaak de kans om algeheel amateurkampioen te worden, dat had Ted ons ook gezegd. Eigenlijk moet je erbij zijn geweest om te geloven wat er in Emmen allemaal gebeurde. We hadden de eerste wedstrijd thuis met 1-0 gewonnen en we kwamen daar op een 2-0 voorsprong. Over en uit, zou je denken. We hadden een superseizoen gehad, we verloren maar één keer en waren met liefst 65 punten kampioen geworden. Om de zaterdagtitel waren we vervolgens ongeslagen en dit had de bekroning moeten worden. Maar in vier minuten werd alles anders, zij scoorden in de laatste minuut en in blessuretijd nog eens twee keer waardoor het 3-2 een daarmee verlengen werd. In die verlenging scoorden zij meteen weer en wij in de extra tijd van de tweede verlenging ook. Vervolgens werden de eerste drie strafschoppen door beide ploegen gemist en uiteindelijk namen zij ze iets beter. Het was echt ongelooflijk, wát een thriller en de vijfduizend mensen die erbij waren zullen dit duel nooit vergeten. Zo af en toe spookt het nog eens door mijn hoofd, maar vrolijk word ik er niet van. Helemaal niet omdat ik voor de strafschoppenreeks was gewisseld. Normaal zijn mijn broertje Bart en ik een zekerheidje, maar ook hij was in de verlenging gewisseld. Extra zuur omdat ik nu 57 goals voor Rijnsburgse Boys heb gemaakt, waarvan veertig strafschoppen. Dit seizoen heb ik er voor het eerst in tien jaar één gemist.’
Voor Freke was het wel duidelijk dat hij bij Rijnsburgse Boys zou gaan voetballen, maar voor zijn vader lag het allemaal iets gevoeliger. Senior is een Katwijker en komt bovendien uit een Quick Boys-familie. Zelf voetbalde hij 25 jaar voor die club. Hij trouwde echter met een Rijnsburgse en daarna werd alles anders. ‘Vroeger lag dat heel gevoelig’, zegt Freke. Mijn vader heeft vaak genoeg te horen gekregen hoe hij dat nou toch kon doen, haha. Rijnsburg en Katwijk dat was als water en vuur. Maar omdat zijn zoons bij Rijnsburgse Boys gingen voetballen heeft mijn vader ook de overstap gemaakt.’
Freke en zijn vijf jaar jongere broertje Bart hebben beiden talent en volgen nagenoeg dezelfde weg. Ze doorlopen de jeugd van Rijnsburgse Boys totdat ADO Den Haag de spelers ontdekt. Peter Freke begint bij de A2 en speelt een jaar later in de Eerste Divisie met de A1. Ze worden met overmacht kampioen, maar ADO had dan ook een heel goede lichting voetballers. ‘Ik speelde met Ferrie Bodde, Romeo Castelen, Michael van der Heijden, Steve Kenepa en Michael Ros’, zegt Freke. ‘Het was fantastisch. In het begin werd ik enorm uitgetest door de jongen uit Den Haag. “Jij komt zeker met de paardentram”, zeiden ze dan. Ik was ook een heel bescheiden ventje, maar in het veld dwong ik heel snel respect af. Op zaterdag speelde ik met de jeugd en op zondag voetbalde ik de tweede helft van het seizoen ook nog voor de amateurs van ADO in de Eerste Klasse. Ik was amper zeventien, maar ze stonden op degraderen dus hielpen wij ze er in te blijven. Dat is gelukt en in tien wedstrijden scoorde ik twaalf keer. Maar ADO had helemaal geen geld in die tijd, ik kon blijven om via de amateurs een contract af te dwingen, maar daar had ik helemaal geen trek in. Uiteraard was ik zeer teleurgesteld, Frans Danen heeft me naar ADO gehaald. Hij is daar een echte legende en onder hem ben ik echt beter geworden. Natuurlijk ben ik daarna teruggegaan naar Rijnsburgse Boys, ik was achttien toen ik in het eerste kwam. Bart heeft uiteindelijk drie seizoenen bij ADO gezeten, maar ook hij kwam terug, hij debuteerde onder Ted Verdonkschot bij Rijnsburgse Boys.’
Er kwamen nog wat mogelijkheden voor Freke om toch betaald voetbal te spelen. Zo werd hij samen met Ricky van den Bergh uitgenodigd om een aantal oefenwedstrijden met FC Groningen te spelen. Maar ook daar kon hij op amateurbasis komen, maar hij moest dan wel zelf zorgen voor kost en inwoning. Freke verdiende toen al zijn geld op de bloemenveiling in Rijnsburg. ‘Spijt is een groot woord, maar ik had wel eens willen zien wat er in had gezeten als ze me de kans hadden gegeven’, zegt Freke. ‘Ik moest te veel opgeven voor heel veel onzekerheden en daar had ik geen zin in. Nu werk ik alweer elf jaar op de veiling. Als Rijnsburgse jongen werk je op de veiling, zo is het nu eenmaal. Ik begon op mijn twaalfde, had ik mijn eigen wijkie, ging ik met bloemen langs de deur. Mijn vader werkt er ook, hij begint ’s nachts al om drie uur, ik zit op de verkoop en ik begin om zes uur ’s ochtends. Bart werkt in Aalsmeer op de veiling en voor hem begint de werkdag om vier uur ’s nachts. Nu zo voor de feestdagen is het erg druk, maken we dagen van dertien uur. Voor het voetbal is het niet ideaal, maar het is niet anders. Als je in Katwijk woont, zit je in de vis en wij zitten in de bloemen.’
Volgens Freke was zijn broertje Bart het ontbrekende puzzelstukje dat tot de successen leidde van Rijnsburgse Boys. Peter moet het op het middenveld vooral hebben van zijn enorme gedrevenheid en werklust, terwijl Bart volgens zijn broer de architect van het elftal is. ‘Hij speelt
als inschuivende centrale verdediger’, zegt Freke. ‘Van achteruit verzorgt hij de opbouw. Er is natuurlijk niets leukers dan wekelijks samen met je broer te kunnen spelen. Ik ben redelijk opvliegerig en wil ten koste van alles winnen. Bart heeft dat ook wel dus zo heel af en toe botst dat wel. Maar dat is alleen maar goed, een opstootje houdt iedereen weer scherp. We kunnen elkaar ook goed vinden in het veld, maar Kevin en Jeffrey Winter hebben het nog meer. Met Kevin erbij hebben we nu twee spelers die voor de tactische oplossingen in het veld zorgen. Bart en Kevin zijn momenteel de hersens van Rijnsburgse Boys.’
Freke laat er geen misverstand over bestaan, zij zijn volgens hem de te kloppen ploeg in de Zaterdagtopklasse. ‘Wij hebben het beste elftal’, aldus de middenvelder. ‘Het begin was even wennen, een nieuwe competitie, andere clubs en een aantal nieuwe spelers, maar we gaan steeds beter draaien. Het is niet normaal hoeveel kansen we creëren, het probleem is dat we ze niet altijd maken. Daardoor hebben we al wat punten laten liggen. Met Jeffrey Winter en Martijn Gootjes hebben we spitsen die samen aan vijftig doelpunten kunnen komen. We verloren vorige week voor de eerste keer, met 3-1 van Spakenburg. Maar als het na de eerste helft 4-0 voor ons is, mogen zij helemaal niks zeggen
. We gaan ook alleen voor het kampioenschap. De machine gaat steeds beter lopen en als hij eenmaal doorgesmeerd is, zijn we straks niet meer te houden. Wij hebben in elk geval voetballend van niemand iets te vrezen.’
Zo bijna op de helft van de competitie kan Freke een genuanceerd beeld schetsen over de Topklasse. Zijn conclusie: er is niet veel verschil met de Zaterdaghoofdklasse A. ‘Het is erg leuk omdat alles nieuw is en de namen spreken wellicht meer aan, maar dat is het dan ook’, zegt de Rijnsburger. ‘Tien jaar lang hebben we verbeten derby’s uitgevochten met Noordwijk, Ter Leede, FC Lisse, Katwijk en natuurlijk Quick Boys. Dat waren geweldige wedstrijden waar heel veel publiek op afkwam. Misschien vond ik de Hoofdklasse daarom wel leuker, qua niveau zie ik in elk geval niet veel verschil. In de Topklasse ligt het misschien allemaal wat dichter bij elkaar, maar ik verwacht dat de topploegen wel meer afstand zullen nemen. De enige reden waarom de Topklasse een verrijking is, is dat er gepromoveerd kan worden naar de Jupiler League. Het is dat Rijnsburgse Boys niet op vrijdagavond wil voetballen, maar ik zou het heel leuk vinden als ik op dertigjarige leeftijd nog de stap zou maken naar de Eerste Divisie met deze club.’