Nico Glasbergen

Column: Keessie

nicoglasbergen2016
Keessie

Teruggrijpen op het verleden is over het algemeen vrij zinloos. Geweest is geweest, je kan er toch niks meer aan veranderen, hoogstens soms lering uit trekken. Het verleden biedt echter wel een schatkamer aan herinneringen. Van de week, zo kijkend naar de stand, borrelde er weer één op. De start van vorig seizoen is namelijk vergelijkbaar met het huidige. Beginnen met wat zeges, daarna een nederlaag en teveel gelijke spelen. Ironisch genoeg speelde Rijnsburgse Boys vorig seizoen uitgerekend op de eerste speeldag, 22 augustus 2015, zijn beste wedstrijd van die jaargang. Met heel veel passie, een tactisch goed en verrassend plan en een uitstekende mentaliteit werd Spakenburg in die wedstrijd met 3-0 verslagen. Eén van de leukste dingen van die middag was de metamorfose van de houding van mijn buurman…
Daar op de perstribune, ik had de eer om het wedstrijdverslag te schrijven, kwam een gezet mannetje naast me zitten. Zijn accent zei voldoende: dit heerschap hoorde bij de tegenstander. En hij wist het allemaal erg goed te vertellen. De wedstrijd was nog niet begonnen of ik had al een beeld. Het beeld van iemand die zichzelf erg graag hoorde praten, met een negatief sausje alles wat hem niet zo lief was becommentarieerde en als gouden regel had: kijk je gesprekspartner niet aan. Is natuurlijk niet nodig als je zelf de dictafoon vol lult, moet hij gedacht hebben. Hij bleek Kees te heten en Kees praatte en praatte. Op ons geel-zwart had hij het niet zo. Over bepaalde bekende leden van onze club had hij een nogal duidelijke mening en ja die spelersgroep, hahaha. Ja, Kees kon daar smakelijk om lachen. “Die Troost heb zichzelf al 6x bij ons aangeboden. Hoefden we niet.” Dat was stoere praat van Kees over Renee Troost. “Kuipers is te traag. We zetten daar Tol bij en dan gaan we lachen.” Oef. Dat beloofde wat voor ons. “Celen ken wel aardig ballen. Is alleen een rooie”, wijzend op het feit dat hij van de Vogels kwam. “Leonard… ja, doet zijn best.” Het badinerende sausje kookte inmiddels over. Mijn grote vriend Raily moest nog ter sprake komen. “Die bolle doet alleen tegen ons zijn best. Maar die is niet goed bij z’n kop, dat weten we allemaal.” Ik zweeg inmiddels al vijf minuten. Dat had Keessie waarschijnlijk niet eens door…
De wedstrijd begon en het begin was voor ons veelbelovend. Onze trots knalde er meteen vol op, speelde 3-5-2 en joeg af over vrijwel het hele veld. Kees was niet onder de indruk. “Die storm gaat wel ligge.” Kees’ arrogantie was nog niet gespuwd of daar was hij hoor, Raily. Zijn zes goals in de 7-2 van een jaar daarvoor borrelden weer bij me op. Dat was lekker. En de 1-0 in deze wedstrijd ook. Acht minuten bezig, 1-0. Hoppa. Kees begon in zichzelf te mompelen. Weer onze pret-Antilliaan. Dit deed duidelijk zeer. Rijnsburgse Boys was gewoon de bovenliggende partij in de eerste helft en Kees werd stiller. Het gemor om zijn eigen blauwe broeders begon. “Die Gouriye loopt met een zááák zááánd op z’n rug. En Sanders is er nog niet. Die is nog niet fit.” De verwijten en excuses begonnen inmiddels binnen te stromen.
De rust verstreek en na rust was het spelbeeld niet zo gek veel anders. Niek’s mannen hadden gewoon hun dag. Ik zweeg nog steeds. Niet te vroeg juichen is mijn gouden regel. Voetbal is gek. Toch groeide het vertrouwen. Alleen de 2-0, die moest nog wel vallen. Ik bad er in stilte voor. Kees trok nog een fles azijn open. Nu over het wisselbeleid. “Twisker is de weg kwijt. Nou pas Lanting d’r bij gooien!” Tsja, ook Lanting ging Kees niet redden. Daar was hij namelijk weer. Ignacio, de parel van de Antillen. Met de 2-0. En nog geen vier minuten later Joost (“ja, doet zijn best…”) met de 3-0. Kat in het bakkie. Bijna de hele tribune danste, behalve Kees. Kees zag er toch al niet uit als een danser. Waarschijnlijk is er drie jaar Dance Dance Dance voor nodig om Kees dansklaar te maken. Kees was inmiddels stil. Troost: foutloos, Kuipers ook. Kees hield zich na afloop op in de catacomben en toen kwam Raily aanlopen. Even die blik naar elkaar… Onbetaalbaar. Dit was weer een wraakoefening van Raily. Keessie was boos, heel boos. En ik was dronken van genot. Hoogmoed komt voor de val. Of je nu Tweede Divisie of Derde Divisie speelt, heb respect voor je tegenstander en lach hem niet uit. En brul niet vooraf,je krijgt altijd je trekken thuis. In het geval ‘Keessie’ vermoed ik echter dat hij beter kan gaan twitteren bij F.C. Hardleers…
p.s. Raily Ignacio maakte in drie seizoenen 65 competitiegoals voor Rijnsburgse Boys, in een wedstrijd of 75. Cijfers liegen niet.